De betekenis en impact van democratie in de Coronapandemie
Monique Jipping • 12 november 2021
Wij zijn een vrij land. We mogen zeggen en doen wat we willen binnen wettelijke kaders. In de jongste persconferentie van Mark Rutte en Hugo de Jonge worden we wederom beperkt in onze vrijheid, in het belang van alle Nederlanders. Wat je er inhoudelijk ook van vindt, niemand zal optimaal tevreden zijn. Het resultaat van democratie, onze grondwet. Wat doet dat met ons?
De meerderheid van de Nederlanders heeft sinds maart 2020 de COVID-maatregelen gevolgd. Weerstand of niet, dat is een feit. Sinds begin deze week zie ik iedereen netjes weer de mondkapjes opdoen in de supermarkt. We zijn overwegend een volgzaam volkje. We hebben al die tijd voldoende vertrouwen gehad in de maatregelen van de overheid, zien wat er om ons heen gebeurt met mensen (zeker hier in mijn Zuid-Limburgse dorp, te erg voor woorden), zijn toch wat bang om onszelf. Wat als ik COVID krijg, beland ik dan op de IC?
De vaccinaties kwamen, de meesten “namen” het, sommigen niet. Mede onder druk van de maatregelen “namen” veel meer mensen het vaccin. “Nemen”, het kinkt als “kopen”, een individuele, commerciële beslissing, geheel in lijn met de manier waarop we onze maatschappij samen hebben ingericht. Totale vrijheid, individualisme. In het hele -politieke- proces zie je de worsteling tussen collectiviteit en individualisme. Onze democratische en menselijke grondwaarden botsen. Waar ligt de grens tussen individuele vrijheid en commitment aan de groep, het geheel?
Ik zou niet graag in de schoenen staan van Mark Rutte en Hugo de Jonge, ze zullen het nooit goed doen. Zij moeten beslissingen nemen op een meta-niveau, op basis van meta-data, gesprekken met koepelorganisaties, een OMT dat vele stakeholders vertegenwoordigt, een Tweede Kamer die op elke scheet in de media reageert, op alle scheten die Nederlanders op social media laten. Iedereen heeft een mening en elke mening is superieur, volgens de zender.
De “gemiddelde” Nederlander volgt de mainstream, met of zonder weerstand, maar wij volgen. Het vertrouwen in de overheid en het kabinet daalt, maar we volgen, in meerderheid. Dat heeft volgens mij niets te maken met het gevoel voor of tegen autoriteit, maar met de inschatting in hoeverre het ons individueel raakt, vanuit angst, één van onze belangrijkste menselijke drijfveren.
Angst treft je direct, persoonlijk. Vechten of vluchten, bevriezen, dat zien we terug in de reacties. Kijken we naar de mensen die COVID als een griepje beschouwen, vaccinaties als een “big brother control mechanisme” zien, of mensen die het om religieuze redenen afwijzen, uiteindelijk zijn dat ook uitingen van angst. We zijn bang voor de consequenties, (wetenschappelijk) gegrond of ongegrond. We gaan uit van ons eigen referentiekader, dat betekent dat we onze eigen normen, waarden, kennis en ervaring, onze individuele situatie als uitgangspunt nemen. Daar kun je niets aan afdoen, dat doen we namelijk allemaal. Je mag er wel iets van vinden, maar hou in de gaten dat het referentiekader van een ander kan afwijken van het jouwe. Ik moet mezelf dat in deze context overigens elke dag voorhouden.
Voor de communicatie is dit een enorme uitdaging. Het is ouderwetse massacommunicatie versus en naast gesegmenteerde communicatie. Er is een centrale boodschap “Alleen samen krijgen we Corona onder controle”, gericht op de massa. Daarnaast zijn er talloze initiatieven, zoals de “prikbus” of dokters die op de markt staan en mensen direct aanspreken. Op dit moment wel allemaal gericht op vaccinatie. De strategie is overtuiging in een “vrije wil context”. Dat is goed en heeft effect.
Maar laten we eerlijk zijn, de meeste mensen die zich de afgelopen weken lieten vaccineren deden dat, omdat ze het zat waren om zichzelf te moeten laten testen voor toegang tot evenementen en vakantietrips. In onze welvarendheid zijn we ook hedonisten. We willen goede ervaringen, ons lekker voelen, plezier, in ieder geval iets dat ons individueel iets oplevert. En als we daarin worden tegengewerkt, dan zoeken we wegen om alsnog ons genot te realiseren. We zijn gemakzuchtig.
Veel wetenschappers, valt mij op, houden vast aan het adagium: “kennis overtuigt”. Dat is maar zeer ten dele waar. Ja, blijf informeren en fakenews ontmantelen. Maar uiteindelijk gaat het erom dat je onderstromen naar boven haalt en inspeelt op wat mensen werkelijk beweegt. In deze pandemie is het angst. Maar ook angst is subjectief. Is de één bang om op de IC te belanden, de ander is bang om onze Lieve Heer te beledigen, weer een ander is bang om inkomsten te verliezen en weer een ander is bang om geen bezoek meer te kunnen ontvangen, of z'n vrienden niet meer te kunnen omhelzen in de kroeg, geen aansluiting te vinden bij zijn studiegenoten, überhaupt geen live contact meer te hebben met mensen, bang om alleen te sterven …
De Rijksoverheid kan die communicatie niet alleen vormgeven. Op alle niveaus, van organisaties tot en met onze individuele contacten, vraagt deze pandemie communicatieve inspanningen van ons allemaal. Dat gebeurt ook. Maar de overtuigingsstrategie is niet zaligmakend. En als je die strategie al kiest, dan zijn er vele manieren om die vorm te geven. Het begint met luisteren. Luisteren naar die onderstromen. En mijn betoog is: de belangrijkste onderstroom is angst. En angst heeft verschillende achtergronden. Verdiep je daarin en sluit daarop aan. Dat vraagt heel erg veel van iedereen die bezig is met verschillende aspecten van deze pandemie en het kost tijd.
Terugkomend op democratie: ja, wij hebben het recht op vrijheid van meningsuiting en beslissingen over ons eigen lijf. De meerderheid beslist, maar met in achtneming van de mening van minderheden. Maar democratie is wat mij betreft op dit moment niet het belangrijkste, het gaat om medemenselijkheid. Wat is jouw positie in jouw omgeving, je bent meer dan jezelf, jij bestaat niet zonder anderen, anderen die je na staan. Individualistische principes zijn belangrijk, maar op dit moment misschien niet het belangrijkst. We gaan terug naar de biologie en sociologie: hoe overleven we fysiek en collectief?
Maak daarin je afweging en stap over je eigen schaduw heen. Mijn communicatiestrategie zou gericht zijn op dat gesprek, in interactie, op alle niveaus. Lastig en ook niet zaligmakend, misschien gewoon een oproep.
En ik maak me zorgen. Weer mondkapjes, weer geen of beperkte evenementen, mijn horecabuurman weer minder omzet, ikzelf weer minder of geen fysieke bijeenkomsten -waar iedereen de afgelopen tijd met de versoepelingen zo aantoonbaar ongelofelijk veel meerwaarde aan heeft beleefd-, weer geen familiebijeenkomsten. Wat gaan we doen met Carnaval, Sinterklaas en Kerst? Wat met al die jonge mensen die, volgens een onderzoek dat gisteren in het nieuws was- zoveel mentale problemen hebben? Wij zijn sociale beesten EN we moeten werken en verdienen om brood met een beetje beleg te kunnen betalen.
Nog een lockdown is onmenselijk. Wat kunnen we doen om dat te voorkomen? In het licht van overwerkte en uittredende zorgmedewerkers, in het licht van de grens die we allemaal hebben bereikt? Overdenk je eigen mogelijke bijdrage. Communicatie is belangrijk, maar het begint toch echt bij onszelf, als individueel mens, als medemens. Wat denk jij, wat is jouw rol in jouw omgeving?
|
|
|