Individualisme is een non-issue
Monique Jipping • 20 september 2023
Van onze individualistische gemeenschap tot een “terugkeer naar” community. Dat is de trend in de maatschappij. Zolang het ons eigen belang maar niet schaadt, natuurlijk. Dat is wat ons voorgeschoteld wordt. In mijn ogen is het een non-issue. Er gebeuren heel veel dingen die de balans anders leggen en gemeenschapszin is er gewoon. Het is een lopende en natuurlijke ontwikkeling dat we (meer) oog hebben voor elkaar. En communicatie speelt daarin een belangrijke rol. Welke boodschap geven wij mee aan nieuwe generaties? Laat de media daar eens meer aandacht aan besteden!
Ik ben een kind van ouders die in de wederopbouw na de oorlog volwassen werden. Het was “niet lullen, maar poetsen”, “wees blij met wat je hebt”, “je bent pas ziek als je hoge koorts hebt”, “je maakt dingen af en geeft niet zomaar op”. Niks mis mee, ook al was er soms te weinig empathie, en speelden intergenerationele tegenstellingen toen nog een sterkere rol dan nu. Ik studeerde af in 1989, economische en energiecrisis. Weinig banen, ook voor hoger opgeleiden. Gewoon begonnen vanuit mijn studentenkamertje en een flat in Zuilen, Utrecht, toen nog een achterstandswijk direct grenzend aan Ondiep, waar criminaliteit hoogtij vierde. En dat hebben we gemerkt. En we gingen ermee om.
En we waren gelukkig, we leefden met wat er was en bouwden steen voor steen ons leven op. We hadden op een gegeven moment 3.000 gulden (!) spaargeld en waren daar blij mee. We konden er een nieuwe wasmachine van kopen ter vervanging van het gevertje dat het al gauw begaf. En wat nieuwe meubels van Ikea. En we gaven aan collectes als we wat kleingeld hadden. Geen schouderklopje, zo ging het.
Wij waren mensen met veel vinkjes en dus is ons leven daarna goed, beter, best verlopen in materiële zin. We hebben ons gegeven voor ons gezin, onze ambities, loopbaan, hypotheek (6% toen!), jarenlang. We onderhielden onze relaties, onze agenda's zaten vol en we hielden het vol. Een verhaal dat ook huidige generaties in die levensfase zullen herkennen. En, maar, plicht riep en ging voor. Van balans tussen werk en privé was weinig sprake. Wij misten dat (achteraf), het deed vaak pijn. En alle communicatie toen, in alle zakelijke en privérelaties bevestigden alleen maar dat dat allemaal zo hoorde. We regelden alles, ook met de oppas van ons kind, als we langer of op andere tijden moesten werken. Niet zomaar vanuit ambitie, het hoorde zo. Werk mocht niet lijden onder privéomstandigheden. Kunnen we spijt van hebben, maar het was zo. Punt. We hebben mantelzorg geleverd aan onze ouders, niets nieuws onder de zon, maar het kostte ook veel vrije dagen.
De nieuwe generatie gaat daar anders mee om. Getuige ook onderzoeken. Ik ben er blij mee en ik ben blij voor hen, dat ook veel werkgevers er makkelijker mee omgaan dan in mijn tijd. Tegelijkertijd hoor ik ook veel kritiek van mijn generatie op het “gebrekkige arbeidsethos” van die nieuwe generatie. En deels ben ik het daarmee eens. Wij (=ik en mijn generatie) “vinden er wat van” als jonge collega's in onze ogen te snel afhaken. Het zegt vooral iets over ons als oudere generatie, denk ik. Gezien mijn verhaal hiervoor over ons eigen “ongemak”.
Er wordt veel over millennials geschreven als ultieme individuals. Ik denk dat dat niet waar is. Zij hebben meer contact met andere mensen dan mijn generatie ooit gehad heeft. Ik woonde ver van mijn schoolgenoten en mocht alleen bellen als er een echte aanleiding was. Als mijn vader op reis was, mocht hij 1 keer collect call bellen in 3 weken. De huidige generatie (en ik ook nu) staat continu in contact met elkaar. En daarin gaat het niet alleen over niemendalletjes. Daarnaast is er genoeg live contact. Want dat vinden ze nog steeds superbelangrijk. En ik zie in mijn dagelijkse leven, zowel privé als zakelijk, dat er in de kern niets veranderd is, dat menselijk contact nog steeds is en belangrijk is. En in hun contacten geven ze net zoveel om elkaar als generaties voor hen, ze zorgen evenveel voor elkaar. Alleen op een andere manier. Mantelzorg leveren ook zij. Mijn dochter en schoonzoon zijn daarvan het levende bewijs, allebei in hun twenties. Zij hebben daarvoor de ruimte gekregen van hun werkgevers, chapeau!
Ze zijn ook niet minder betrokken bij hun werk. Ze willen eigenlijk precies hetzelfde als wij, oudjes, alleen net ff wat anders. Ze hebben dezelfde drijfveren, ambities en dromen. Ze willen het alleen iets anders vormgeven. Dus, @sanderschimmelpenninck, wat zeik je nou zo vaak? Welke boodschap geef je als oudje nou aan die nieuwe generatie? Laat staan een verouderd beeld over werkende vrouwen.
Het is zo, blijkt uit vele onderzoeken, dat vrouwen nog steeds het merendeel van de zorg voor het gezin op zich nemen, al dan niet “gedwongen”. Heb je kinderen, dan weet je hoe lastig het is om werk en gezin te combineren. Op dit moment, met arbeidskrapte, is het al helemaal lastig om alles te combineren. Meer werken is voor velen geen optie, beiden deeltijd werken helpt. Het heeft 25 jaar geleden mijn gezin geholpen,. Mijn toenmalige man ging als een van de eersten in zijn bedrijf, op een stevige positie, against all odds, vier dagen werken en ik vind dat nog steeds top! En toch is er niets veranderd. Mannen worden geacht meer te werken dan vrouwen, en hoe je het dan allemaal maar regelt met het gezin, zoek het uit …
Ik wil een statement maken over de boodschap die we elke dag voorgeschoteld krijgen via onze directe en indirecte omgeving, vooral via alle media, en die wat mij betreft zou moeten veranderen. Wat we krijgen is dat alles alsmaar slechter is en we niet goed bezig zijn. Het is gewoon niet waar.
Er is niet zoveel verandering, maar zeker geen verslechtering. En natuurlijk kan het beter. De nieuwe generatie blijkt te leren van de vorige generatie en wil en doet het anders. Hun kinderen zullen het misschien weer anders doen, het is een natuurlijk proces. Ik roep media op om eens wat meer aandacht te besteden aan de positieve ontwikkelingen in onze maatschappij en simpelweg onze nieuwe generaties wat meer te waarderen. Denk maar aan je eigen kinderen en hun ontwikkeling. Het is niet zo moeilijk.
|
|
|